dinsdag 20 november 2012

Stubborn Heart: "Stubborn Heart" (One Little Indian Records / Konkurrent)

4.0

Het Britse “post-dubstep”-duo Stubborn Heart wordt als upcoming act vaak vergeleken met notoire key players als SBTRKT, Mount Kimbie, Jamie Woon of zelfs Jame Blake.
Je zou voor minder klamme handen en een bezweet voorhoofd krijgen. Zelf noemen ze het graag "electronic soul from the heart". Dat creëert natuurlijk duizelingwekkend hoge verwachtingen. Maar “the harder they come, the harder they fall”. En vallen doen ze . Wat overblijft is een uitgestorven echo en het schrijnend aanzicht van een te pletter geslagen getormenteerde schildknaap. Ergens beneden op de bebloede rotsen van, pakweg, de El Tajo-kloof in het Spaanse Ronda.

Om maar te zeggen: de geponeerde vergelijkingen gaan dus niet helemaal op. Of helemaal niet op. Een van de meest frappante verschillen schuilt in de afwijkende TR-808-like drumprogrammering van knopjesmanipulator Ben Fitzgerald. Net ietsjes te veel rechttoe rechtaan. Diepgaande gelaagdheid ontbreekt en er zit een pak minder verbreding en subtiele verfijning in het aangewende klankenspectrum. Vocalist Luca Santucci kennen we van eerder geslaagde samenwerkingen met acts als Leila, Plaid, Riton en Herbert. Maar de volgehouden zoetgevooisdheid, die hij hier etaleert, begint al snel epische en tenenkrullende proporties aan te nemen. En wat het vaak toegekende “post-dubstep”-predicaat betreft: kan er iemand komen aanwijzen in welke schuif we die dubstep kunnen terugvinden? Ofwel zijn we hier zo doof als een platgereden kwartel, ofwel kennen we er niets van. Het zal dit laatste wel zijn....

Het is natuurlijk niet allemaal kommer en kwel. Zo neemt opener "Penetrate" je mee op een bedwelmende emotrip naar een doorleefde bruine volkskroeg. Helemaal aan de andere kant van de toog meen je een zachtjes huilende Tracey Thorn te herkennen. Een gedigitaliseerde soul-tearjerker die vertroebelde herinneringen oproept aan “All Systems Gone”, de kamervullende moodsetter,/i> van Presence uit 1999. Aan de andere kant van het album worden we met open armen opgewacht door het al tweemaal eerder uitgebrachte “Need Someone. De white label-versie van deze opgepimpte post-funky torch-song leverde hen eerder al de nodige media-aandacht, een platencontract en een goedkeurend schouderklopje van BBC-coryfee Gilles Peterson op. Het bracht het duo zelfs binnen het radarbereik van onze eigenste Lefto.
Maar het parlando debiteren van de teksten, gecombineerd met Luca's hoge kopstem, geeft een net iets te melig en slaapverwekkend cachet aan de totaalervaring. Inderdaad een kristalheldere productie maar als je een seismografische print-out zou opvragen, benadert deze toch eerder de ontmoedigende flatline van een net overleden hartpatiënt.
De intro van "It's not That Easy" roept even de beklemmende sfeer van "In The Air Tonight " van, hou je vast, Phil Collins op. Heel even maar. "Two Times A Maybe" start veelbelovend met een ingetogen vertraagde subsonische dreiging à la Massive Attack. Het opgejaagde rhythmus komt onheilspellend op de voordeur kloppen maar gaat even later onverrichterzake bij de buren aanbellen . "Net iets te weinig prikkeledende variatie en zo goed als geen dynamische spanningsopbouw" lezen we in het juryrapport. En gaat de nieuwe single "Starting Block" de ronddobberende meubels nog kunnen redden ? Not.


Toegegeven,"Stubborn Heart" is op zich een verdienstelijke poging om tot een verkwikkende symbiose te komen van verschillende muzikale era's. De synths voelen vaak erg jaren 80 aan ("Better Than This”) en als het tempo even wordt opgedreven,komen er 90's house, intelligent techno en garage-referenties door het openstaande raam binnengewaaid. En aan soulhints zeker geen gebrek. De groepsnaam verwijst naar een krasse northern soul-track van Ernest Mosley en “It’s Not That Easy” is een digitaal verstilde cover van Reuben Bell & The Casanovas.
De algemene toon is smekend. Verterende verzuchting naar een onbereikbare of net verloren liefde. Ten huize Santucci is het duidelijk hommeles in het naarstig gebricoleerd liefdesnestje. Madam heeft de leefkuilzeteltjes zonet buiten bij het groot huisvuil gekieperd. Tot daar klopt het plaatje. Maar als iemand uitpakt met een visitekaartje waarop te lezen staat dat hij grossiert in “dark electronic soul from the heart” dan verwacht je de penetrante geur van een gebroken hart ondergedompeld in lekkend lithiumbatterijzuur. Niet dus. Op de een of andere manier komt hun discours noch authentiek noch doorleefd over. Weltschmerz verpakt in een draagtas van de Wibra. Geen soundtrack bij vergeelde, naar zurige kattenpis ruikende lampenkappen op een mistroostige hotelkamer maar placebo-soul, die zich kiplekker voelt op de zoveelste gratis Flair-cd.
 
Een echte diepgaande verdrietbeleving kan dit debuut dus niet evoceren maar ik zou de cd op deze moment toch ook weer niet  cadeau doen aan lost soul Patrick Janssens. Gecombineerd met een verdwaald scheermesje en gedempt kaarslicht zou dit wel eens een bloedig spektakel kunnen opleveren in 's mans badkamer. En als we ons dan toch half gesedeerd willen overgeven aan genuine electric soul, wachten we nog wel even tot de remastered deluxe box set van  Massive Attack's genrebepalend ijkpunt "Blue Lines" in de bus valt. Als die schlemiel van een postbode er tenminste niet mee aan de haal gaat.   

Stubborn Heart verzorgt op vrijdag 30 november het voorprogramma van SX in de AB Club  in Brussel


http://www.stubbornheart.com

Geen opmerkingen:

Een reactie posten